Karin van Pinxteren - Nooit verdween de schaduw
In het park staat een eik met een oud betonnen bankje. Ik laat er mijn oog op vallen maar het bankje blijkt fragiel en precies in de kom van het bankje, waar ik wil gaan zitten, komt in mei een Salomonszegel tevoorschijn, de plant die staat voor discretie en wijsheid. Deze locatie toont een tere voorstelling van eik, bankje en zegel en staat hier boven de kunst. Het is zo intrigerend dat er niets aan toe te voegen valt en dat ik er als kunstenaar af moet blijven. Ik schuif op en bij de belendende eik creëer ik een nieuwe situatie.
We hebben spiegels nodig om de wereld te begrijpen, om de getuigen van ons bestaan te aanschouwen. Via de derde dimensie kijken we het ik aan in de tweede dimensie. Onhoorbaar voor anderen praten we tegen ons spiegelbeeld, we zijn even met twee en verdelen de lasten. We hebben de tweede dimensie nodig, dat stukje grot zit nog in ons.
Karin van Pinxteren onderzoekt in haar werk de fysieke tegenstelling tussen benaderen en afstand en het psychische spanningsveld tussen toenadering en afstandelijkheid.